Routes aanleggen

Deze pagina is bedoeld voor iedereen die meer wil weten over het aanleggen van een nieuwe mountainbikeroute of een bestaande mountainbikeroute wil aanpassen, zoals trailcrews of een routebureau. Ben je een enthousiaste mountainbiker die een goed plan heeft? Meld je dan bij een mountainbikeclub of trailcrew bij jou in de buurt om samen op te trekken.

Voorbereiding

Voordat je kunt beginnen met de aanleg van een route, heb je eerst huiswerk te doen.

Huiswerk

Een mountainbikeroute begint altijd met een idee. Zet dit op papier:
  • Wat? Een mountainbikeroute, bikepark of pumptrack bijvoorbeeld?
  • Waar? Ideeën voor een potentiële locatie.
  • Waarom? Je idee achter het project, welke meerwaarde heeft het voor de gemeente of terreineigenaar?
  • Wie? Voor wie is de route bedoeld, heb je bijvoorbeeld een specifieke doelgroep in gedachten zoals kinderen of de beginnende mountainbiker?
  • Wanneer? Hoe lang duurt het om de route te realiseren?

Wettelijk kader

Als je een mountainbikeroute wilt aanleggen of een bestaande route wil verleggen, heb je te maken met ruimtelijke plannen.
  • Ruimtelijke plannen | Of de aanleg van een route is toegestaan, hangt onder meer af van de bestemmingsplannen van de gemeente. Raadpleeg daarvoor dus de gemeente(n) waar aan de slag wilt. Je vindt dit op de website van de gemeente, maar je kunt ook contact opnemen met de gemeente. 
  • Beheerplannen | Verdiep je ook in besluiten en plannen van de Provincie of gemeenten die gaan over de ontwikkeling en het beheer van groen, recreatie en sport.
    • Raadpleeg de website van de Provincie of de gemeente.
    • Zoek bijvoorbeeld op beheerplan, groenvisie of perspectief op recreatie.
  • Check of je vergunningen nodig hebt.
    • Raadpleeg hiervoor de gemeente.
Tip: bekijk de checklist van Provincie Gelderland met wet- en regelgeving voor bestaande en nieuw aan te leggen mountainbikeroutes

In deze video vertelt professioneel routebouwer Patrick Jansen wat voor onderzoek je allemaal kunt doen om te kijken waar je een nieuwe mountainbikeroute aan kunt leggen. Je leert bij welke instellingen je terecht kunt voor het ontdekken van de eigenaar van de grond en het vragen van toestemming voor het bouwen van een mountainbikeroute.

Creëer draagvlak

Als je je huiswerk goed doet, weet je wat je wil én wat er kan. Maar jij bent niet de enige. Je moet dit samen doen met veel andere partijen en organisaties. Een goede relatie met de gemeente, sportverenigingen en omwonenden is gedurende het hele traject ontzettend belangrijk. 
  • Benader daarom alle terreineigenaren en -beheerders om je idee toe te lichten en draagvlak te creëren.
  • Praat ook met bijvoorbeeld:
    • bestuursleden van de lokale mountainbikevereniging of trailcrew;
    • het routebureau;
    • vertegenwoordigers van de gemeente en/of Provincie;
    • ondernemers.

Zet een werkgroep op

Krijg je enthousiaste reacties op de voorstel? Zet dan een werkgroep op. De groep bestaat uit vertegenwoordigers van de bovenstaande organisaties. Idealiter hebben deze mensen verschillende kennis, competenties en netwerken om je ideeën verder te ontwikkelen.

Let er op dat je alleen met een juridische entiteit - zoals een vereniging of een stichting - subsidies kunt werven, vergunningen aan kunt vragen en overeenkomsten kunt ondertekenen.

Bepaal samen de mogelijkheden

Als uit het eerste overleg duidelijk wordt dat de belangrijkste terreinbeheerders medewerking verlenen aan de aanleg van een route, is het zaak om tot overeenstemming te komen over het tracé. Je doet dit altijd in overleg met de betrokken partijen.
  • Start met een gesprek met alle terreineigenaren om het zoekgebied voor de route vast te stellen.
  • Ga vervolgens in gesprek met individuele terreineigenaren om zicht te krijgen op de mogelijkheden per gebied.
    • Is er één geschikte locatie of zijn er meerdere opties?
    • Wie is of zijn de terreineigenaren?
    • Past de beoogde locatie voor de route / bikepark in de regionale ontwikkeling van het MTB-netwerk?
    • Vult het bestaande faciliteiten aan of vult het witte vlekken op de kaart in?
    • Met welke andere recreatieve gebruikers en/of routes moet rekening gehouden worden?
    • Wat is het potentieel van de locatie om toerisme en/of bedrijfsleven verder te ontwikkelen?
    • Ligt het plangebied in of naast een Natura 2000 gebied? Natura 2000 gebieden vallen onder Europese wetgeving en recreatieve ontwikkelingen in dergelijke gebieden zijn beperkt en vereisen aanvullend onderzoek (voortoets N2000) en uiterste zorgvuldigheid bij ontwerp en aanleg.

Maak een plan van eisen

Pas als iedereen akkoord is met het tracé, ga je je plan in detail uitwerken:
  • Voor elk tracédeel wordt beschreven welke werkzaamheden er uitgevoerd moeten worden. Op basis van dit plan kan een bestek opgemaakt worden. De werkzaamheden kunnen bijvoorbeeld bestaan uit het aanleggen van halfverharding om moddersporen te voorkomen, (ver)plaatsen van hekken, verwijderen van vegetatie of het aanbrengen van borden.

Veiligheid op de route

Bij het bouwen en onderhouden van een route, bikepark of pumptrack is het ontzettend belangrijk om aandacht te hebben voor de veiligheid en aansprakelijkheid. Besteed hier uitgebreid aandacht aan, een ongeluk zit in een klein hoekje.
 

Zet de kosten op een rij

Behalve veel tijd, kost een mountainbikeroute ook een flinke som geld. Verdiep je hier goed. Maak een inschatting van het benodigde budget. Kijk verder dan alleen de aanlegkosten, maar houdt ook rekening met structureel onderhoud- en beheerkosten.

  • Houd er rekening mee dat de aanlegkosten verschillen per route en afhankelijk zijn van de ondergrond.
  • Materiaalkosten variëren van € 1,50 tot € 5,- per strekkende meter.
  • Daarnaast is het verstandig om jaarlijks € 20,- tot € 40,- per kilometer route te reserveren voor onderhoud.

Dat geld moet ook ergens vandaan komen. Je hebt verschillende mogelijkheden voor de financiering van een mountainbikeroute. Denk aan het NTFU Bosch eBike Systems Trailfund, subsidies via gemeenten en Provincies, sponsoring via (lokale) ondernemers en donaties van mountainbikers zelf via een vrijwillig vignet.

Hieronder is een overzicht met kosten voor aanleg en onderhoud te downloaden. 

 

Financiering

Mountainbikeroutes aanleggen en onderhouden kost tijd en geld. En dat geld, ook dat moet je zelf regelen. Daarom zetten we de mogelijkheden waarmee je geld op kunt halen voor je op een rij.

Lees meer

Aanleg

De aanleg van een mountainbikeroute, bikepark of pumptrack start pas als het ontwerp van je project definitief is, de vergunningen verleend zijn en de financiering rond is. Alleen buiten kwetsbare perioden voor de natuur, zoals het broedseizoen, kun je aan de slag.

Daar heb je (bijna) altijd een professional bij nodig. Hij of zij adviseert je bij de planning, het ontwerp en de aanleg van de route. Het is belangrijk dat zo’n professional ervaring heeft met de aanleg van mountainbikeroutes en kennis heeft van relevante wetgeving (Omgevingswet, Natuurwet, et cetera). Nederland kent een aantal professionele routebouwers die ook de projectbegeleiding voor hun rekening kunnen nemen. In willekeurige volgorde:

Je kunt dit op twee manieren aanpakken:
  1. De aanleg volledig door een professional laten doen.
  2. De aanleg door een professional laten doen, die daarbij ondersteund wordt door vrijwilligers.

Optie 1 brengt hogere kosten met zich mee, maar de aanleg gaat wel sneller. Optie 2 heeft als voordeel dat je kosten bespaard en de vrijwilligers praktijkervarig opdoen. De routebouwer zorgt niet alleen voor het juiste materiaal, maar zorgt ook voor een veilige werkomgeving, veiligheidsinstructies en naleving van de geldende veiligheidsprotocollen.

Vrijwilligers vormen sowieso een belangrijke schakel bij het onderhoud van routes. Zonder vrijwilligers kunnen routes niet ontwikkeld en in stand worden gehouden. Vraag leden van de vereniging / stichting of zet een korte enquête uit om een beter beeld te krijgen van het vrijwilligerspotentieel in de gemeente of regio.

Uitvlaggen

De routebouwer is ook degene die over het uitvlaggen van een mountainbikeroute gaat. Dat uitvlaggen vindt plaats voordat er gebouwd wordt. Er zijn een groot aantal aspecten waar je rekening mee moet houden, waaronder de aantrekkelijkheid, veiligheid, fauna et cetera. 

 

Snoeien

Daarna moet er ruimte gemaakt worden, zodat straks de kraanmachinist de mountainbikeroute goed kan afgraven. Dat is werk wat de routebouwer vaak samen met vrijwilligers doet. Zij helpen mee met snoeien, takken knippen en wortels wegnemen. Zeker bij grote projecten is het dus belangrijk om voldoende vrijwilligers te hebben. Met de professionele routebouwer maak je van tevoren afspraken welke werkzaamheden de vrijwilligers precies uitvoeren.

Afgraven

Na het snoeiwerk is het de taak van de kraanmachinist om het pad te gaan maken. In deze video legt routebouwer Patrick Jansen uit hoe dit gebeurt. 
 

Afwerken

Daarna gaan de vrijwilligers en de routebouwer samen aan de slag om de route verder af te werken. Denk aan het aanbrengen van de bovenlaag, Technical Trail Features aanleggen en zorgen dat water goed afgevoerd wordt.

Bebording

Pas wanneer de volledige route klaar en vrijgegeven is, begin je met de bebording. Vrijwel alle mountainbikeroutes in Nederland gebruiken dezelfde bebording, zodat het voor mountainbikers duidelijk én herkenbaar is:

  • Borden plaats je altijd in één rijrichting. Eenrichtingsverkeer op je mountainbikeroute is een stuk veiliger!
  • Waar de borden geplaatst worden, bepaal je tijdens een veldbezoek en geef je in detail aan op een kaart en als dat mogelijk is al in het veld. 
  • Borden moeten ruim voor een bocht worden geplaatst zodat de mountainbiker kan reageren, duidelijk zichtbaar zijn en ze mogen niet in de weg staan of gevaar opleveren.
  • Ook het aantal pijlen is cruciaal. Continuïteit in de bebording is belangrijk. Een min of meer regelmatige afstand tussen de pijlen geeft het meeste vertrouwen aan de bezoekers.
  • Op startplaatsen van de mountainbikeroute plaats je borden met de geldende toegangsregels, informatie over de route en de gedragsregels (Buitencode).
Dit vergroot niet alleen het plezier van het rijden van een route, maar vergroot ook de veiligheid op de routes.

Soorten borden

Er zijn verschillende soorten borden die je gebruikt voor een mountainbikeroute of bikepark:
  • Bewegwijzeringsborden
  • Kleurcodeborden voor de moeilijkheidsgraad van een route
  • Voorrangs- en informatieborden
  • Geslotenverklaringsborden
  • Waarschuwingsborden, o.a. voor technische passages

 

Palen

Borden plaats je op routepalen. Routepalen kunnen van allerlei materialen gemaakt worden, maar meestal wordt hout gebruikt. Het is een milieuvriendelijke, hernieuwbare grondstof, kan eenvoudig bewerkt worden, ziet er natuurlijk uit en gaat voldoende lang mee voor een routepaal. Belangrijk is te kiezen voor een van nature duurzame houtsoort, zoals kastanje, robinia en inlandse eik. Inlandse eik is ruim beschikbaar tegen concurrerende prijzen en daarom de meest gebruikte houtsoort voor routepalen. Het is aan te bevelen FSC- of PEFC-gecertificeerde palen te gebruiken, zodat je zeker weet dat het hout uit een duurzaam beheerd bos komt.


 

Kleurcodes

Vervolgens laat je het moeilijkheidsniveau van de mountainbikeroute beoordelen. Net als op de skipistes geeft een kleur de moeilijkheidsgraad van de route aan. Groen is makkelijk, blauw gemiddeld, rood moeilijk en zwart zeer moeilijk. Zo kunnen mountainbikers beter bepalen of ze ervaren genoeg zijn voor de mountainbikeroute.

Groen, blauw, rood en groen

De kleurcode helpt mountainbikers ook stapsgewijs hun vaardigheden te ontwikkelen. Ze kunnen geleidelijk wennen aan technische elementen op de route en zo hun fietstechniek langzaam maar zeker verbeteren. Ook kun je de kans op ongevallen op je route verkleinen. Met hulp van de kleurcodes kan elke mountainbiker een route vinden die past bij zijn of haar technisch niveau past. Daarnaast blijft het belangrijk dat je met bijvoorbeeld waarschuwingsborden mountainbikers informeert over bijvoorbeeld een technische passage. En, dat een mountainbiker een helm draagt en op een goed onderhouden fiets rijdt, met goed werkende remmen en voorvork.

Groen: makkelijk

Groene mountainbikeroutes zijn de makkelijkste routes om te mountainbiken. De brede paden maken een groene route ook geschikt voor gravelbikers, mensen die beginnen met mountainbiken of af en toe op de mountainbike stappen en dus weinig kilometers maken.

Blauw: gemiddeld

Blauwe routes zijn geschikt voor de gemiddelde recreatieve mountainbiker of de sportieve gravelbiker. Hij of zij weet hoe je moet remmen en schakelen en kijkt ver genoeg vooruit om risico’s in te kunnen schatten.

Rood: moeilijk

Rode routes zijn geschikt voor de mountainbiker die in staat is om ver genoeg vooruit te kijken zodat hij of zij kan reageren op de omstandigheden. De mountainbiker moet een snelle afgewogen keuze kunnen maken om een obstakel te nemen of er omheen te fietsen. Deze mountainbiker is wekelijks in het bos te vinden.

 

Zwart: zeer moeilijk

De wedstrijdrijder, bikeparkfanaat of mountainbiker met ervaring in het buitenland op rotsachtig terrein kan op een zwarte route uit de voeten. Vallen gebeurt hier altijd op hoge snelheid, de landing is moeilijker en de ondergrond – zoals in een rockgarden – is vaak harder. Zeker niet geschikt voor de beginner.


Van classificatie naar kleurcode

Het moeilijkheidsniveau van je mountainbikeroute beoordeel je niet zelf, maar laat je doen via de NTFU:
  • De NTFU schakelt een inspecteur in, die jouw route bezoekt en aan de hand van een inspectieformulier classificeert.
  • Vervolgens kent de NTFU de geadviseerde classificatie toe en stuurt de bebording voor de juiste kleurcodes aan je toe. 
  • De routecoördinator zorgt ervoor dat de borden opgehangen worden bij en langs de route. Een classificatie is vijf jaar geldig. Daarna moet de route opnieuw geclassificeerd worden.

Kleurcodes aanvragen

Wil je jouw mountainbikeroute(s) laten classificeren of wil je meer weten over het kleurcodesysteem? De NTFU helpt je daar graag bij.

Lees meer

Bewegwijzering versus kleurcode

Het internationale symbool - de driehoek met de twee bolletjes - is de bewegwijzering van de route. Het bord geeft de rijrichting aan, zodat op de route blijft.

Voor de moeilijkheidsgraad van een mountainbikeroute zijn aparte borden. De kleurcodering hangt ónder de routepijl: groen (makkelijk), blauw (gemiddeld), rood (moeilijk) en zwart (zeer moeilijk). 

Waarom twee verschillende borden? Omdat we een klein landje zijn, liggen er vaak verschillende routes dicht op elkaar. Om die goed van elkaar gescheiden te houden, zijn er aparte routeborden en krijgt elke route aparte borden voor de moeilijkheidsgraad.